60. souligne la nécessité de bien distinguer la mobilité spécifique aux artistes de celle des travailleurs de l'Union en général, en tenant compte de la nature des activités du spectacle vivant et de leur caractère irrégulier et imprévisible engendré par un système d'emploi particulier;
60. onderstreept de noodzaak duidelijk onderscheid te maken tussen de mobiliteit van kunstenaars in het bijzonder en de mobiliteit van werknemers uit de Europese Unie in het algemeen, en daarbij rekening te houden met de aard van de uitvoerende kunsten en het onregelmatige en onvoorspelbare karakter ervan dat wordt veroorzaakt door een specifiek arbeidsmarktbestel;