G. considérant que, bien que les ressources affectées par l'Union à la RDI aient augmenté, les États membres ayant une ava
nce scientifique et technologique restent capables d'absorber la majeure partie des ressources disponibles au titre des différents régimes et programmes de financement (y compris les projets d'envergure), ce qui perpétue la sous-représentation de certains États membres et de leurs régions d'Europe des points de vue tant de l'accès aux financements que de la participation; que, dans l'intérêt de l'achèvement de l'Espace européen de la recherche (EER), il faut viser l'excellence dans l'Union tout entière et que les Fo
...[+++]nds structurels et de cohésion sont les premiers instruments à utiliser à cette fin; G. overwegende dat, hoewel de EU-financiering van OOI is toegenomen, de
wetenschappelijk en technologisch meer ontwikkelde EU-lidstaten er nog steeds in slagen het leeuwendeel van de beschikbare middelen uit de verschillende kaderfinancieringsregelingen en -programma's te verwerven (incl
usief grootschalige projecten), waardoor sommige lidstaten en regio's in termen van toegang tot middelen en deelname aan projecten nog steeds ondervertegenwoordigd zijn; overwegende dat in het belang van de voltooiing van de Europese onderzoeksruimte
...[+++] (EOR) gestreefd moet worden naar het genereren van topkwaliteit in alle delen van de Unie, waarbij de structuurfondsen en het Cohesiefonds de belangrijkste instrumenten zijn om dit doel te bereiken,