Vertaling van "température du bulbe sec " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

température du bulbe sec | température du thermomètre sec
droge boltemperatuur

bulbe sec | thermomètre à boule sèche | thermomètre à bulbe sec | thermomètre à sec | thermomètre sec
droge bol | droge thermometer | drogebolthermometer | Fahrenheit-luchtthermometer

température au thermomètre humide | température de bulbe humide | température du thermomètre mouillé | température humide
natteboltemperatuur | natte-boltemperatuur

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

«température extérieure» (Tj ), la température de bulbe sec de l’air extérieur, exprimée en degrés Celsius; l’humidité relative peut être indiquée par la température de bulbe humide correspondante;
19. „buitentemperatuur” (Tj ): de droge buitenluchttemperatuur, uitgedrukt in graden Celsius; de relatieve luchtvochtigheid kan worden aangeduid door een bijbehorende natteboltemperatuur;

«température extérieure» (Tj), la température de bulbe sec de l’air extérieur, exprimée en degrés Celsius; l’humidité relative peut être indiquée par la température de bulbe humide correspondante.
19. „buitentemperatuur” (Tj): de droge buitenluchttemperatuur, uitgedrukt in graden Celsius; de relatieve luchtvochtigheid kan worden aangeduid door een bijbehorende natteboltemperatuur.

Conditions de conception de référence pour les dispositifs de chauffage des locaux par pompe à chaleur et les dispositifs de chauffage mixtes par pompe à chaleur; températures exprimées en température de bulbe sec de l’air (de bulbe humide entre parenthèses)
Referentieontwerpomstandigheden voor ruimteverwarmingstoestellen met warmtepomp en combinatieverwarmingstoestellen met warmtepomp, temperaturen in „droge bol”-luchttemperatuur („natte bol”-luchttemperatuur aangeduid tussen haakjes)

«température extérieure» (Tj), la température de bulbe sec de l'air extérieur (en °C) (l'humidité relative étant indiquée par la température de bulbe humide correspondante);
4. „Buitentemperatuur” (Tj): de droge buitenluchttemperatuur (°C) (waarbij de relatieve vochtigheid wordt aangeduid door de bijbehorende natte-boltemperatuur);

«température intérieure» (Tin), la température de bulbe sec de l'air intérieur (en °C) (l'humidité relative étant indiquée par la température de bulbe humide correspondante);
3. „Binnentemperatuur” (Tin): de droge binnenluchttemperatuur (°C) (waarbij de relatieve vochtigheid wordt aangeduid door de bijbehorende natte-boltemperatuur);

«température extérieure» (Tj), la température de bulbe sec de l'air extérieur (en °C) (l'humidité relative étant indiquée par la température de bulbe humide correspondante).
(4) „Buitentemperatuur” (Tj): de droge buitenluchttemperatuur [°C] (waarbij de relatieve vochtigheid wordt aangeduid door de bijbehorende natte-boltemperatuur).

«température intérieure» (Tin), la température de bulbe sec de l'air intérieur (en °C) (l'humidité relative étant indiquée par la température de bulbe humide correspondante).
(3) „Binnentemperatuur” (Tin): de droge binnenluchttemperatuur [°C] (waarbij de relatieve vochtigheid wordt aangeduid door de bijbehorende natte-boltemperatuur).

Conditions nominales, températures de bulbe sec (entre parenthèses, températures de bulbe humide)
Nominale standaardomstandigheden, temperaturen in droge buitenluchttemperatuur (de natte-boltemperatuur staat tussen haakjes)

«pompe à chaleur basse température», un dispositif de chauffage des locaux par pompe à chaleur spécifiquement conçu pour l’application à basse température, et qui ne peut pas, dans les conditions de conception de référence correspondant aux conditions climatiques moyennes, fournir de l’eau de chauffage à une température de sortie de 52 °C pour une température d’entrée de bulbe sec (humide) de – 7 °C (– 8 °C);
52. „lagetemperatuurwarmtepomp”: een ruimteverwarmingstoestel met warmtepomp dat specifiek is ontworpen voor toepassing op lage temperatuur, en dat geen sanitair water kan afleveren met een uitlaattemperatuur van 52 °C bij een „droge bol”/„natte bol”-inlaattemperatuur van – 7 °C/– 8 °C in de referentieontwerpvoorwaarden voor gemiddelde klimaatomstandigheden;

Au cours de cette période, la température ambiante (thermomètre sec) doit être en moyenne de 266 K (- 7 °C) ± 3 K et:
De omgevingstemperatuur (drogeluchttemperatuur) moet in die periode gemiddeld 266 K (-7 °C) ± 3 K bedragen, en mag niet lager dan 260 K (-13 °C) of hoger dan 272 K (-1 °C) zijn.