E. considérant que plus de 150 individus ont déjà été arrêtés ou sont détenus en vertu des articles 156 et 156 bis du code pénal indonésien et que l'on dispose d'éléments qui prouvent que des extrémistes recourent à des législations locales contre le blasphème, l'hérésie et la diffamation des religions pour restreindre la liberté religieuse et attiser les tensions et les violences intercommunautaires,
E. overwegende dat er al meer dan 150 personen zijn aangehouden of opgesloten in het kader van de artikelen 156 en 156, onder a), van het Indonesische strafwetboek, en overwegende dat er bewijs is dat plaatselijke verordeningen betreffende godslastering, ketterij en religieuze smaad door extremisten worden gebruikt om de godsdienstvrijheid in te perken en spanningen en geweld tussen gemeenschappen aan te wakkeren,