4° la consolidation d'éléments constructifs comme la terre glaise, les poutres, les colonnes en fonte, les parties de mur, la maçonnerie, etc., à l'aide de structures ajoutées ou ayant un aspect différent que les existants, à l'exception de ce qui est stipulé dans l'article 2, § 1, 6°;
4° het verstevigen van constructieve elementen als leem, balken, gietijzeren zuilen, muurdelen, metselwerk en zo meer door toegevoegde structuren of ze vervangen door een ander materiaal of met een ander uitzicht dan het aanwezige, met uitzondering van wat bepaald is in artikel 2, § 1, 6°;