4. Lorsque, conformément au paragraphe 1, les agents de l'autorité de contrôle d'origine opèrent dans un autre État membre, l'État membre dont relève l'autorité de contrôle d'accueil assume la responsabilité de leurs actions, y compris la responsabilité des dommages qu'ils causent au cours des opérations dont ils sont chargés, conformément au droit de l'État membre sur le territoire duquel ils opèrent.
4. Wanneer personeelsleden van een ondersteunende toezichthoudende autoriteit overeenkomstig lid 1 actief zijn in een andere lidstaat, neemt de lidstaat van de ontvangende toezichthoudende autoriteit de verantwoordelijkheid voor hun activiteiten, met inbegrip van de aansprakelijkheid voor alle door die personeelsleden bij de uitvoering van hun werkzaamheden veroorzaakte schade, overeenkomstig het recht van de lidstaat op het grondgebied waarvan die personeelsleden actief zijn.