c) tout bovin ayant obtenu u
n résultat positif, douteux ou
ininterprétable au test visé au point a) mais qui a obtenu par la suite un résultat négatif à un test sérologi
que de confirmation pour la détection d'anticorps dirigés contre le B.V.D.V., pour autant que le profil d'identification génétique, établi en application de l'article
28, sur le deuxième échantillon soit identique à ce ...[+++]lui de l'échantillon initial, ou si cet échantillon n'est plus disponible, au profil d'identification génétique établi sur un autre échantillon prélevé sur l'animal concerné à la demande de l'association.
c) elk rund dat een positief, twijfelachtig of niet-interpreteerbaar resultaat vertoonde in een test zoals bedoeld in a) maar die een negatief resultaat vertoonde in een serologische bevestigingstest voor de detectie van antilichamen tegen het B.V.D.V. voor zover het genetisch identificatieprofiel, uitgevoerd in toepassing van artikel 28, op het tweede staal identiek is aan dit van het eerste staal, of in geval het eerste staal niet meer beschikbaar is, aan dit van een ander staal van het betreffende rund afgenomen op vraag van de vereniging.