Afin de lever toute ambiguïté, je tiens déjà à préciser - et j'y reviendrai ultérieurement dans le cadre de la description de la procédure par déclaration - que l'officier d'état civil est d'abord tenu d'examiner, sur la base de l'arrêté royal du 14 janvier 2013, si les pièces justifiant les 468 jours sont prima facie bien réunies étant entendu que ces pièces feront l'objet d'un examen ultérieur plus approfondi par le parquet dans le cadre de la mission de vérification du respect des conditions de fond.
Teneinde alle dubbelzinnigheid weg te nemen, wil ik hierbij reeds verduidelijken - en ik zal daarop terugkomen in het kader van de omschrijving van de procedure door verklaring - dat de ambtenaar van de burgerlijke stand in eerste instantie moet onderzoeken, op grond van het koninklijk besluit van 14 januari 2013, of de stukken ter staving van de 468 dagen prima facie aanwezig zijn, in het besef dat die stukken naderhand grondiger zullen onderzocht worden door het parket in het kader van de toezichtsopdracht met betrekking tot de naleving van de grondvoorwaarden.