Art. 4. La restitution de la taxe sur les opérations de bourse et la taxe sur les livraisons de titres au porteur qui ont été perçues conformément aux dispositions des articles 120, 2° et 4°, 121, § 1, alinéa 4, et 159, alinéa 2, 1°, du Code des taxes assimilées au timbre, telles qu'elles existaient avant leur abrogation par la loi-programme du 27 décembre 2004, est subordonnée aux conditions, formalités et modalités suivantes.
Art. 4. De teruggave van de taks op de beursverrichtingen en de taks op de aflevering van effecten aan toonder die werden geheven krachtens de bepalingen van de artikelen 120, 2° en 4°, 121, § 1, vierde lid, en 159, tweede lid, 1°, van het Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen, zoals die bestonden vooraleer zij werden opgeheven door de programmawet van 27 december 2004, is onderworpen aan de volgende voorwaarden, formaliteiten en modaliteiten.