6. Nonobstant le paragraphe 5 du présent article, un État membre peut, pour satisfaire à ses obligations en vertu du paragraphe 1 du présent article, établir son dispositif de financement national au moyen de contributions obligatoires perçues auprès des établissements agréés sur son territoire, en fonction des critères énoncés à l’article 103, paragraphe 7, qui ne sont pas détenues par l’intermédiaire d’un fonds contrôlé par son autorité de résolution, pour autant que toutes les conditions suivantes soient remplies:
6. In afwijking van lid 5 van dit artikel kan een lidstaat, om aan zijn verplichtingen uit hoofde van lid 1 te voldoen, zijn nationale financieringsregeling opzetten middels verplichte bijdragen van instellingen waaraan op zijn grondgebied vergunning is verleend; die bijdragen berusten op de in artikel 103, lid 7, bedoelde criteria en worden niet aangehouden via een fonds dat onder zeggenschap staat van zijn afwikkelingsautoriteit, mits alle volgende voorwaarden zijn vervuld: