La commission des libertés civiles, de la justice et des affaires intérieures a soulevé la question avec la commission des affaires juridiques et, après étude du dossier, cette dernière est parvenue à la conclusion que l’amendement proposé nécessiterait une révision de la base juridique et que l’article 62, paragraphes 1 et 2, du Traité ne suffirait pas mais que l’article 62, paragraphe 3, du Traité serait également nécessaire parce qu’il porte sur les conditions dans lesquelles les ressortissants de pays tiers peuvent circuler librement sur le territoire des États membres pendant une durée maximale de trois mois.
De Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken hebben deze kwestie voorgelegd aan de Commissie juridische zaken, en deze is na enig onderzoek tot de slotsom geraakt dat dit wijzigingsvoorstel een wijziging van de rechtsgrond nodig zou maken. Artikel 62, lid 1, en artikel 62, lid 2, zouden niet meer volstaan. Er zou nu ook een verwijzing moeten worden gemaakt naar artikel 62, lid 3, aangezien deze bepaling van het Verdrag betrekking heeft op de voorwaarden waar ingezetenen uit derde landen aan moeten voldoen om maximaal drie maanden lang vrij te reizen binnen het grondgebied van de Unie.