« d'instaurer un système permettant aux fonctionnaires compétents de proposer une transaction, mais uniquement après que le ministère public a eu la possibilité de décider, dans un délai déterminé, qu'il n'y a pas lieu, compte tenu de la gravité du délit ou des circonstances dans lesquelles il a été commis, de poursuivre l'intéressé pénalement « (voir avis nº 47 084 du Conseil d'État, do c. Chambre, 2009-2010, n 52-2338/1, 52-2339/1, p. 127).
« dat een systeem zou worden ingevoerd waarbij de bevoegde ambtenaren een minnelijke schikking kunnen voorstellen, doch enkel nadat het openbaar ministerie de kans heeft gekregen om binnen een bepaalde termijn te beslissen dat er, de ernst van het misdrijf of de omstandigheden waarin het is gepleegd in acht genomen, geen aanleiding is om de betrokkenen strafrechtelijk te vervolgen » (zie advies nr. 47 084 van de Raad van State, stukken Kamer, 2009-2010, nrs. 52-2338/1, 52-2339/1, blz.127).