Art. 6. L'autorité compétente peut, sans que cela compromette la sécurité ou dans des cas exceptionnels, accorder une autorisation individuelle pour le transport de marchandises dangereuses selon un itinéraire déterminé sur les eaux intérieures qui, en vertu du présent décret et de ses arrêtés d'exécution, sont interdites ou autoriser ce transport selon d'autres conditions que celles déterminées par le Gouvernement flamand, à condition que le transport soit clairement spécifié, de nature provisoire et que des mesures adaptées soient prises pour assurer un niveau de sécurité comparable.
Art. 6. De bevoegde autoriteit kan, als de veiligheid niet in het gevaar komt en in uitzonderlijke gevallen, individuele toestemming verlenen voor het vervoer van gevaarlijke goederen op een bepaald traject over de binnenwateren dat krachtens dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan verboden is of erin toestemmen dat het vervoer onder andere voorwaarden plaatsvindt dan de voorwaarden bepaald door de Vlaamse Regering, op voorwaarde dat het vervoer duidelijk is gespecificeerd, van tijdelijke aard is en dat de gepaste maatregelen worden genomen om een vergelijkbaar veiligheidsniveau te bereiken.