La suspension du contrat de travail visée aux articles 49, 50 et 51 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail, doit être reportée aussi longtemps que, en cas d’application du régime prévu à l’article 206, les prestations du travailleur dépassent la durée hebdomadaire moyenne de travail sur la période qui précède la suspension de l’exécution du contrat de travail.
De schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst bedoeld in de artikelen 49, 50 en 51 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, moet worden verdaagd in geval van toepassing van het regime bedoeld in artikel 206, zolang de prestaties van de werknemer de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur over de periode die de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voorafgaat, overschrijden.