Les enfants conservent leur droit de résidence même si le travailleur migrant quitte l'État membre d'accueil, et un parent ressortissant d'un pays tiers garde également son droit de résidence, même s'il ou elle est divorcé(e) du travailleur migrant communautaire, de sorte que l'enfant peut continuer à bénéficier de son droit à l'éducation [54].
Ook als de migrerende werknemer de ontvangende lidstaat verlaat, behouden zijn kinderen hun verblijfsrecht. Een ouder die onderdaan is van een derde land en van een migrerende werknemer scheidt, behoudt zijn/haar verblijfsrecht, opdat de kinderen hun recht van opvoeding zouden kunnen behouden [54].