Pour tenir compte de la situation particulière de certaines personnes au regard de leur lieu de vie ou de travail ou du cadre dans lequel elles travaillent, les États membres devraient avoir la faculté d’appliquer des franchises plus strictes dans le cas des travailleurs frontaliers, des personnes ayant leur résidence près des frontières communautaires et du personnel des moyens de transports utilisés en trafic international.
Teneinde rekening te houden met de bijzondere situatie van sommige mensen met betrekking tot hun woonplaats of werkomgeving, moeten de lidstaten strengere vrijstellingen kunnen toepassen in het geval van grensarbeiders, personen die hun verblijfplaats bij de Gemeenschapsgrens hebben, en personeel van in het internationale verkeer gebruikte vervoermiddelen.