23. Dans le système élaboré dans la proposition de loi, les affaires disciplinaires concernant des membres du ministère public sont traitées selon les mêmes règles que celles applicables à l'encontre des magistrats du siège, à cette seule exception que si le tribunal disciplinaire estime qu'il y a lieu à révoquer un magistrat du ministère public, il transmet une proposition motivée de révocation au Roi (article 418, § 3, alinéa 3, proposé, du Code judiciaire; article 33 de la proposition de loi).
23. In het systeem uitgewerkt in het wetsvoorstel worden de tuchtzaken die leden van het openbaar ministerie betreffen volgens dezelfde regels behandeld als de tuchtzaken tegen magistraten van de zetel, met de enkele uitzondering dat indien de tuchtrechtbank van oordeel is dat een magistraat van het openbaar ministerie moet worden afgezet, zij een met reden omkleed voorstel tot afzetting naar de Koning zendt (voorgesteld artikel 418, § 3, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek; artikel 33 van het wetsvoorstel).