R. considérant que, de l’avis du Parlement européen, certains aspects des poursuites judiciaires concernant Lloyd's relèvent de cette affaire, y
compris l'arrêt du tribunal d'appel du 26 juillet 2002 dans "l’affaire Jaffray" (qui concernait des questions de fausse déclaration) le tribunal a entre
autres noté que les affirmations selon lesquelles un "système de vérification rigoureux existait, ce qui implique l'établissement d’une estimation des principales responsabilités y compris les pertes inconnues et non relevées pendant la pério
...[+++]de considérée (1978-1988) étaient inexactes" (point 84), et considérant que le tribunal a estimé qu’il y a eu fausse déclaration,R. overwegende dat bepaalde aspecten van de in een eerder stadium met betrekking tot Lloyd's in het Verenigd Koninkrijk aangespannen gerechtelijke procedures in dit g
eval wel degelijk relevant zijn, b.v. het op 26 juli 2002 door het Court of Appeal in de "zaak-Jaffray" (waarbij bedrieglijke handelingen in het geding waren) gewezen arrest, waarin het hof o.a. opmerkte dat de stelling dat "er een al dan niet rigoureus boekhoudsysteem zou hebben bestaan dat de mogelijkheid bood een redelijke raming op te maken van uitstaande verplichtingen, inclusief onbekende en nog niet geconstateerde verliezen gedurende de bewuste periode (in casu 1978-1
...[+++]988), onjuist was" (punt 584), en tot de conclusie kwam dat er inderdaad sprake was van een bedrieglijke handeling,