Conformément à l'article 30 de la loi du 22 mars 1993, la Commission bancaire et financière a autorisé la cession au 1 juillet 1999 par la société anonyme « Patriotique Banque d'Epargne » à la société anonyme « B.B.L., en entier : Banque Bruxelles Lambert », des droits et obligations relatifs aux portefeuilles de comptes à vue (y compris les moyens de paiement qui y sont liés), comptes d'épargne, comptes à termes et comptes Invest ouverts auprès de la « Patriotique Banque d'Epargne » à l'intervention des trois agents indépendants repris ci-dessous au nom et pour compte de leurs clients :
Overeenkomstig artikel 30 van de wet van 22 maart 1993 heeft de Commissie voor het Bank- en Financiewezen haar toestemming verleend voor de overdracht per 1 juli 1999 door de naamloze vennootschap « De Vaderlandsche Spaarbank » aan de naamloze vennootschap « B.B.L., voluit : Bank Brussel Lambert », van de rechten en verplichtingen met betrekking tot de portefeuilles zichtrekeningen (met inbegrip van de desbetreffende betaalmiddelen), spaarrekeningen, termijnrekeningen en Invest-rekeningen die door bemiddeling van de drie hieronder ve
rmelde zelfstandige agenten bij de « De Vaderlandsche Spaarbank » zijn geopend in naam en voor rekening va
...[+++]n hun cliënten :