Dans les nouveaux États membres, les contingents ont été fixés en utilisant la même méthode que pour les anciens États membres, à savoir en fonction de la production de fécule de pomme de terre traditionnelle, sur la base d’une moyenne des trois années de référence (1999-2001, sauf dans le cas de la Lituanie, où les années 1998-2000 ont été utilisées).
Voor de vaststelling van de contingenten is voor zowel de oude als de nieuwe lidstaten dezelfde methode toegepast, dat wil zeggen de toewijzing geschiedde op basis van de traditionele vervaardiging van aardappelzetmeel. In dat kader werd een gemiddelde genomen van de drie referentiejaren (1999–2001). Alleen voor Litouwen werd uitgegaan van de jaren 1998–2000.