Le gardien ou la gardienne d'enfants qui, pendant les trois mois qui précèdent l'entrée en vigueur du présent arrêté, exerce une activité accessoire qui satisfait aux conditions de l'article 48 de l'arrêté royal précité du 25 novembre 1991, est assimilée au gardien ou à la gardienne d'enfants visée à l'article 2, § 3, alinéa 2, 1.
De onthaalouder die gedurende de drie maanden die voorafgaan aan de inwerkingtreding van dit besluit een bijkomstige activiteit uitoefent die voldoet aan de vereisten van artikel 48 van het voormeld koninklijk besluit van 25 november 1991, wordt gelijkgesteld met de onthaalouder bedoeld in artikel 2, § 3, tweede lid, 1.