Par dérogation aux §§ 1 à 9, on peut, pour améliorer la couche d'humus d'une terre arable, sur les
parcelles avec une trop faible teneur en carbone, apporter
jusqu'à 10 tonnes de compost de légumes, fruits et jardins par hectare ou 15 tonnes de compost vert par hectare, à conditions que, durant l'année calendaire précédente, lors de l'échantillonnage de la parcelle concernée, il soit apparu que, pour la période du 1 octobre au 15 novembre, le résidu minéral de nitrates n'était pas supérieur à la valeur de résidu minéral de nitrates indiquée à l'article 14
...[+++].
In afwijking van de §§ 1 tot en met 9 mag, ter verbetering van de humustoestand van landbouwgrond, op bepaalde percelen met een te laag koolstofgehalte, tot 10 ton GFT-compost per hectare of 15 ton groencompost per hectare, opgebracht worden, op voorwaarde dat, in het vorige kalenderjaar, bij de bemonstering van het betrokken perceel landbouwgrond, in de periode van 1 oktober tot 15 november, een nitraatresidu is vastgesteld dat niet hoger is dan de nitraatresiduwaarde, vermeld in artikel 14.