A l'expiration de la peine, le condamné est remis en liberté (article 112, § 3) ou, si le tribunal de l'application des peines estime que son trouble mental constitue une menace pour la société, hospitalisé dans un établissement que le juge de paix, saisi par le ministère public, désigne (articles 112, § 2, et 140, insérant un article 22bis dans la loi du 26 juin 1990 relative à la protection de la personne des malades mentaux).
Na het verstrijken van de straf wordt de veroordeelde in vrijheid gesteld (artikel 112, § 3) of, indien de strafuitvoeringsrechtbank van oordeel is dat zijn geestesstoornis een bedreiging vormt voor de maatschappij, opgenomen in een inrichting die de vrederechter, die daartoe door het openbaar ministerie is aangezocht, aanwijst (artikelen 112, § 2, en 140, waarbij een artikel 22bis wordt ingevoegd in de wet van 26 juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke).