J. considérant que le bureau du médiateur ukrainien a confirmé que Ioulia Timochenko avait subi des violences physiques lors de son transfert, le 20 avril 2012, entre la cellule de la prison et l'hôpital; que l'Ukraine est tenue par le droit international d'instruire à bref délai et d'une manière impartiale toute plainte pour tortures ou autres formes de traitement cruel, inhumain ou dégradant;
J. overwegende dat het kantoor van de Oekraïense ombudsman heeft bevestigd dat Joelia Timosjenko op 20 april 2012 is blootgesteld aan fysiek geweld bij de overbrenging van haar cel naar een ziekenhuis; overwegende dat op Oekraïne de internationale verplichting rust om elke klacht inzake foltering of andere vormen van andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling onverwijld en onpartijdig te onderzoeken;