L'article 6, paragraphe 3, de la Convention européenne de sauvegarde des droits de l'homme (applicable dans tous les États membres de la Communauté) stipule que tout accusé a droit, s'il n'a pas les moyens de rémunérer un défenseur, à pouvoir être assisté gratuitement, lorsque les intérêts de la justice l'exigent.
Dat geldt in het bijzonder voor art. 6, lid 3 van het Europeese Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (dat van toepassing is in alle lidstaten van de Gemeenschap), dat bepaalt dat een ieder tegen wie een vervolging is ingesteld, het recht heeft, indien hij niet over voldoende middelen beschikt om een raadsman te bekostigen, kosteloos door een toegevoegd advocaat te worden bijgestaan, indien de belangen van een behoorlijke rechtspleging dit eisen.