Selon l'actuelle disposition de l'article 61, § 4, il appartient aux pouvoirs adjudicateurs de décider, au cas par cas, s'ils appliqueront le principe de la déclaration sur l'honneur, sous une forme soit explicite (en demandant de joindre une déclaration formelle), soit implicite (le seul fait d'introduire la demande de participation ou l'offre constituant alors d'emblée la déclaration).
Volgens de huidige bepaling van artikel 61, § 4, komt het aan de aanbestedende overheden toe om, geval per geval, te oordelen of ze toepassing maken van het principe van de verklaring op erewoord, zij het in expliciete vorm (middels het verzoek tot bijvoeging van een formele verklaring), zij het in impliciete vorm (waarbij het loutere feit van het indienen van de aanvraag tot deelneming of de offerte meteen de verklaring vormt).