En organisant la détermination a posteriori de l'appartenance linguistique des candidats aux élections communales du 9 octobre 1988 et des membres du conseil de l'aide sociale élus à la suite de ces élections, le projet se donne une portée rétroactive qui va à l'encontre du principe consacré par l'article 108 (162 nouveau), alinéa 2, 1º, de la Constitution, précité, en ce qu'il interprète la volonté de l'électeur sans que celui-ci ait eu l'occasion de l'exprimer consciemment et donc librement ».
Het ontwerp, dat het bepalen van de taal van de kandidaten voor de gemeenteraadsverkiezingen van 9 oktober 1988 en van de naar aanleiding van die verkiezingen verkozen leden van de raad voor maatschappelijk welzijn a posteriori laat plaatshebben, gaat zodoende terugwerken, hetgeen strijdig is met het beginsel dat bevestigd wordt in het voormelde artikel 108 (nieuw 162), tweede lid, 1º, van de Grondwet, doordien het de wil van de kiezer interpreteert, zonder dat deze de gelegenheid heeft gehad om die wil bewust en dus vrij tot uiting te brengen».