Art. 2. Les instances suivantes sont désignées comme bureau de liaison ou service de liaison, autorisés à introduire auprès d'une autorité étrangère une requête d'assistance relative à une créance, telle que visée à l'article 4, § 1 et § 2 du décret du 21 décembre 2012 relatif à l'assistance mutuelle en matière de recouvrement des créances relatives aux taxes, impôts, droits et autres mesures et à accepter et à traiter une telle requête de la part d'une autorité étrangère ;
Art. 2. De volgende instanties worden aangewezen als verbindingsbureau of verbindingsdienst, gemachtigd om een verzoek om bijstand betreffende een schuldvordering als vermeld in artikel 4, § 1 en § 2, van het decreet van 21 december 2012 betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen, in te dienen bij een buitenlandse autoriteit en om een dergelijk verzoek van een buitenlandse autoriteit te ontvangen en te behandelen: