Art. 10. Les personnes désignées comme fonctionnaire planologique régional, inspecteur urbaniste régional, fonctionnaire urbaniste régional ou comme fonctionnaire urbaniste provincial ou communal, ne peuvent pas répondre de l'établissement d'un schéma de structure d'aménagement ou d'un plan d'exécution spatial, en leur qualité de planificateur spatial, sauf si ce plan est établi en tout ou en partie par l'administration régionale, provinciale ou communale intéressée.
Art. 10. Personen die overeenkomstig de bepalingen van het decreet zijn aangesteld als gewestelijk planologisch ambtenaar, als gewestelijk stedenbouwkundig inspecteur, als gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar of als provinciaal of gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar, kunnen niet als ruimtelijk planner verantwoordelijk zijn voor de opmaak van een ruimtelijk structuurplan of ruimtelijk uitvoeringsplan, behalve in die gevallen waarin dat plan geheel of gedeeltelijk wordt opgemaakt door de betrokken gewestelijke, provinciale of gemeentelijke administratie.