Si, au moment où le membre de la famille demande l'établissement en Belgique, l'étranger C. E. est en possession d'une attestation d'immatriculation dont la durée de validité a été prolongée à six mois (application de l'article 45, § 1, alinéa 4, § 4, alinéa 3, ou § 6, alinéa 2, de l'arrêté royal du 8 octobre 1981 - voir Chapitre I, A, 1.d.2. ou 3.b., de la présente circulaire), le membre de sa famille reçoit une attestation d'immatriculation d'une durée de validité de six mois.
Indien de E.G.-onderdaan in het bezit is van een attest van immatriculatie waarvan de geldigheidsduur verlengd werd tot zes maanden [toepassing van artikel 45, § 1, vierde lid, of § 4, derde lid (hoofdstuk I, A, 1., d.2., van deze omzendbrief) of § 6, tweede lid, (hoofdstuk I, A, 3.b., van deze omzendbrief) van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981], op het moment dat het familielid een aanvraag tot vestiging indient in België, verkrijgt het familielid een attest van immatriculatie met een geldigheidsduur van zes maanden.