M. Vandenberghe reste persuadé que l'invocation du moyen de droit lors de l'audience préliminaire sans jury sur la base de l'article 235bis n'entraînera aucun de gain de temps.
De heer Vandenberghe behoudt zijn standpunt dat het opwerpen van het rechtsmiddel op grond van artikel 235bis op de preliminaire zitting zonder jury dan geen tijdwinst met zich zal meebrengen.