Le Conseil «Agriculture» a donc adopté la proposition de la Commission établissant des dénominations de vente qui devront être utilisées dans chacun des États membres pour la commercialisation de la viande issue de bovins appartenant aux catégories 0-8 mois et 8-12 mois et imposant parallèlement l’indication de la catégorie d'âge des animaux à l’abattage.
De Raad Landbouw heeft daarom ingestemd met het voorstel van de Commissie om voor elke afzonderlijke lidstaat twee verkoopbenamingen te bepalen, namelijk enerzijds voor vlees van dieren die niet ouder waren dan acht maanden, en anderzijds voor vlees van dieren die ouder dan acht maar niet ouder dan twaalf maanden waren, en in beide gevallen de verkoopbenaming vergezeld te laten gaan van een aanduiding van de leeftijdsklasse van het dier bij het slachten.