Tout ancien conjoint qui, au moment de l'entrée en vigueur de la présente loi, est soumis à l'obligation alimentaire en vertu de l'article 301, ou en vertu des articles 306 et 307 du Code civil, ou en vertu d'une convention conclue en exécution de l'article 1288, 4º, du Code judiciaire, peut faire constater, selon la procédure prévue dans la quatrième partie, livre II, section 5bis, du Code judiciaire, la fin de son obligation alimentaire sur la base des articles 8, 9 ou 10 de la présente loi.
Iedere voormalige echtgenoot of echtgenote die op het ogenblik van de inwerkingtreding van deze wet alimentatieplichtig is krachtens artikel 301, of krachtens artikel 306 en 307 van het Burgerlijk Wetboek, of krachtens een overeenkomst genomen in uitvoering van artikel 1288, 4º, van het Gerechtelijk Wetboek, kan volgens de procedure voorgeschreven in deel IV, boek II, afdeling Vbis van het Gerechtelijk Wetboek de beëindiging van zijn onderhoudsplicht laten vaststellen op grond van artikel 8, 9 of 10 van deze wet.