Le citoyen européen ne peut exercer son droit à la libre circulation si l'Union n'adopte pas les mesures nécessaires pour le protéger lorsqu'il est victime de la criminalité à un endroit quelconque du territoire de l'Union, quelle que soit sa nationalité, et pour l'indemniser lorsqu'il subit des dommages.
De Europese burger kan zijn recht op vrij verkeer niet uitoefenen indien de Unie nalaat de nodige maatregelen te nemen om elke burger, ongeacht zijn nationaliteit, wanneer hij op het grondgebied van de Unie het slachtoffer wordt van een misdrijf, te beschermen en de geleden schade te vergoeden.