1. La loi du 3 juillet 1967 sur la prévention ou la réparation des dommages résultant des accidents du travail, des accidents survenus sur le chemin du travail et des maladies professionnelles dans le secteur pu
blic, telle qu'elle était en vigueur avant le 25 novembre 1998, viole les articles 10 et 11 de la Constitution dans l'interprétatio
n selon laquelle la victime d'un accident du travail, si l'incapacité permanente de travail s'aggrave à un point tel que la victime ne puisse temporairement plus exercer la fonction dans laquelle el
...[+++]le a été reclassée, n'a pas droit à une indemnité pareille à celle qui était prévue pour cette incapacité de travail à l'article 3bis de cette loi.
1. De wet van 3 juli 1967 betreffende de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector, zoals van kracht vóór 25 november 1998, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de interpretatie dat het slachtoffer van een arbeidsongeval, indien de blijvende arbeidsongeschiktheid zodanig verergert dat hij de functie waarin hij gereclasseerd werd, tijdelijk niet meer kan uitoefenen, geen recht heeft op een vergoeding zoals voor die arbeidsongeschiktheid is bepaald in artikel 3bis van die wet.