Le fait d’avoir ces langues européennes mondiales dans le monde globalisé d’aujourd’hui, dans l’économie mondialisée, dans ce village mondial, qui est culturel, économique, social et politique, constitue un atout des plus précieux pour l’ensemble de l’UE, un atout que nous devons pleinement prendre en considération et dont nous devons profiter pleinement.
Dat wij beschikken over deze Europese wereldtalen in de hedendaagse geglobaliseerde wereld, in de hedendaagse geglobaliseerde economie, in dit globale dorp – dat niet alleen een culturele en economische, maar ook een sociale en politieke dimensie heeft – is voor de gehele EU een uiterst waardevolle troef waar we ten volle rekening mee moeten houden en die we optimaal moeten benutten. Daarom vraag ik dat deze talen op passende wijze geïntroduceerd en beheerd worden in de externe jeugddiensten, en onderwezen worden in onze scholen als tweede, derde of vierde taal, als een gemeenschappelijke troef.