Les efforts conjugués de la communauté internationale en vue d'une amélioration de la situation des droits de l'homme en Chine ne sont pas restés sans effet : quelques signes positifs ont été enregistrés, tels la libération et l'expulsion vers les États-Unis des dissidents Wei Jingsheng et Wang Dan, la signature par la Chine du « Pacte des Nations unies sur les droits économiques, sociaux et culturels » (1996), l'engagement de signer celui sur les droits civils et politiques, l'invitation adressée au commissaire des Nations unies aux droits de l'homme à se rendre en Chine ou encore la visite au Tibet de la troïka des ambassades à Pékin.
De samengebundelde inspanningen van de internationale gemeenschap om een verbetering van de toestand op het vlak van mensenrechten in de hand te werken zijn niet zonder gevolg gebleven : enkele positieve tekens werden geregistreerd zoals de vrijlating en uitwijzing naar de Verenigde Staten van de dissidenten Wei Jingsheng en Wang Dan, de ondertekening van het VN-Verdrag over sociale, economische en culturele rechten (1996), de belofte het VN-Verdrag over burgerlijke en politieke rechten te ondertekenen, de uitnodiging aan de VN-commissaris voor mensenrechten om een bezoek te brengen aan China en ook
nog het bezoek aan Tibet van de troïka van d ...[+++]e EU-ambassades in Peking.