Pour la Cour constitutionnelle, le caractère automatique de la sus
pension du droit de vote qui était prévu par le Code électoral avait des effets disproportionnés en ce qu'il privait de plein droit de leurs droits électoraux des personnes condamnées parce que, en premier lieu, le délai de suspension de ces droit
s pouvait être très largement supérieur à celui de l'exécution de la peine (suspension de six ans pour une condamnation de plus de quatre mois à moins de trois ans; suspension de douze
...[+++] ans pour une condamnation de trois ans au moins).
Voor het Grondwettelijk Hof had de automatische aard van de schorsing van het kiesrecht, zoals voorzien in het Kieswetboek, buitenmaatse gevolgen aangezien het van rechtswege de veroordeelde personen uit hun kiesrechten ontzette omdat, in de eerste plaats, de termijn van schorsing van deze rechten zeer veel langer kon zijn dan deze van de strafuitvoering (schorsing van zes jaar voor een veroordeling van meer dan vier maanden tot minder dan drie jaar; schorsing van twaalf jaar voor een veroordeling van minstens drie jaar).