D'après le rapport fait au nom de la comm
ission des Affaires sociales de la Chambre sur le projet de loi devenu la loi du 19 mars 1991 en cause (Doc. parl., Chambre, 1990-1991, n° 1471/3, p. 8), la loi du 20 septembre 1948 portant organisation de l'économie et la loi du 10 juin 1952 concernant la santé et la sécurité des travailleurs, ainsi que la salubrité du travail et des lieux de travail,
qui organisaient la protection des travailleurs délégués au sein des conseils d'entreprise et des comités de sécurité, d'hygiène et d'embellisse
...[+++]ment des lieux de travail présentaient certaines lacunes en l'absence de véritables sanctions et avaient donné lieu à des abus de la part des employeurs auxquels l'arrêté royal n° 4 du 11 octobre 1978, modifiant ces deux lois, entendait mettre fin.Volgens het verslag namens d
e commissie voor de Sociale Zaken van de Kamer over het wetsontwerp dat de in het geding zijnde wet van 19 maart 1991 is geworden (Parl. St., Kamer, 1990-1991, nr. 1471/3, p. 8), vertoonden de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven en de wet van 10 juni 1952 betreffende de gezondheid en de veiligheid van de werknemers, alsmede de salubriteit van het werk en van de werkplaatsen, die de bescherming regelden van de in de ondernemingsraden en in de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen afgevaardigde werknemers, bepaalde gebreken bij ontstentenis van ec
...[+++]hte sancties en hadden zij aanleiding gegeven tot misbruiken door werkgevers, waaraan het koninklijk besluit nr. 4 van 11 oktober 1978, dat die twee wetten wijzigde, een einde wou maken.