Le Gouvernement wallon devrait expliciter, le cas échéant à l'invitation de la Cour, son argumentation lorsqu'i
l énonce que, après avoir pris acte du souhait du législateur de mettre fin au caractère juridictionnel de la mission confiée antérieurement à la députation permanente en matière de réclamation, ce même Gouvernement wallon « n'aperçoit pas les raisons pour lesquelles l'article 9, alinéa 2, de la loi attaquée prévoit qu'en Région de Bruxelles-Capitale, les réclamations doivent être introduites auprès du Co
...[+++]llège juridictionnel visé à l'article 83quinquies, § 2, de la loi spéciale du 12 janvier 1989 ».
De Waalse Regering zou, in voorkomend geval op verzoek van het Hof, haar argumentatie moeten specifiëren wanneer zij stelt dat, na akte te hebben genomen van de wens van de wetgever om een einde te maken aan het rechtsprekend karakter van de vroeger aan de bestendige deputatie inzake bezwaar toegekende taak, diezelfde Waalse Regering « niet de redenen ziet waarom artikel 9, tweede lid, van de aangevochten wet bepaalt dat in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest de bezwaren moeten worden ingediend bij het rechtsprekend college dat is bedoeld in artikel 83quinquies, § 2, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 ».