La directive établit, entre les États membres, une procédure d’échange d’informations relative à huit infractions routières (excès de vitesse, non-port de la ceinture de sécurité, franchissement d’un feu rouge, conduite en état d’ébriété, conduite sous l’influence de drogues, non-port du casque, circulation sur une voie interdite et usage illicite d’un téléphone portable pendant la conduite).
De richtlijn voert een procedure in die de lidstaten moeten volgen bij het uitwisselen van informatie over acht verkeersovertredingen (rijden met een te hoge snelheid, het niet dragen van een veiligheidsgordel, niet stoppen voor een rood licht, rijden onder invloed van drank, rijden onder invloed van drugs, het niet dragen van een veiligheidshelm, het gebruiken van een verboden rijstrook en het illegaal gebruiken van een mobiele telefoon tijdens het rijden).