Art. 3. Dans les limites budgétaires, les modalités suivantes s'appliquent au subventionnement des projets : une avance de 90 % de la subvention est payée au mois de septembre de chaque année d'activité; le solde restant de 10 % est payé après l'introduction par le bénéficiaire d'un rapport financier relatif à l'année d'activité écoulée, à savoir la période du 1 septembre au 31 août, au plus tard deux mois après la fin de l'année d'activité, et après le contrôle et l'approbation de ce rapport par le Département du Bien-être, de la Santé publique et de la Famille.
Art. 3. Binnen de perken van de begroting gelden voor de subsidiëring van de projecten volgende modaliteiten : een voorschot van 90 % van de subsidie wordt uitbetaald in de maand september van elk werkingsjaar; het resterende saldo van 10 % wordt uitbetaald nadat de begunstigde een financieel verslag over het verlopen werkingsjaar, met name de periode 1 september tot 31 augustus, heeft ingediend, uiterlijk twee maanden na het aflopen van het werkingsjaar, en nadat dit door het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin is gecontroleerd en goedgekeurd.