De façon similaire, il convient d’interdire, avec une période de transition appropriée, l’utilisation de fluides frigorigènes à potentiel de réchauffement planétaire très élevé, supérieur ou égal à 2 500, pour l’entretien ou la maintenance des équipements de réfrigération ayant une charge de 40 tonnes équivalent CO2 ou plus.
Evenzo moet, met een passende overgangstermijn, het gebruik van koelmiddelen met een zeer hoog aardopwarmingsvermogen van 2 500 of meer worden verboden voor het servicen of onderhouden van koelapparatuur met een hoeveelheid koelmiddelvulling van 40 ton CO2-equivalent of meer.