26. invite les États membres et la Commission à poursuivre leurs efforts en vue de la mise en œuvre efficace du mandat d'arrêt européen; invite la Commission à étudier la question de savoir s'il serait opportun de réviser les motifs de non-exécution facultative du mandat d'arrêt européen visés à l'article 4 de la décision-cadre afin que les obligations de l'Union en matière de respect des droits fondamentaux soient respectés et à la lumière de l'expérience acquise grâce aux instruments de reconnaissance mutuelle dans le cas d'infractions généralement liées à la criminalité organisée, y compris le délit d'association mafieuse; invite les autorités judiciaires des États membres à faire tout leur possible afin de garantir que tous les mandat
...[+++]s d'arrêt européens qu'elles émettent émis soient systématiquement transmis à Interpol; 26. verzoekt de lidstaten en de Commissie inspanningen te blijven leveren voor een effectieve tenuitvoerlegging van het Europees aanhoudingsbevel; verzoekt de Commissie te onderzoeken of de in artikel 4 van het kaderbesluit genoemde redenen op grond waarvan weigering van de overle
vering mogelijk is, niet herzien kunnen worden met het oog op de verplichtingen van de Unie op het gebied van de grondrechten en in het licht van de ervaringen tot nog toe met latere instrumenten voor wederzijdse erkenning met betrekking tot delicten die doorgaans met georganiseerde criminaliteit in verband worden gebracht, waaronder het delict maffiose verenig
...[+++]ing; verzoekt de justitiële autoriteiten in de lidstaten zich er sterk voor te maken dat de door hen uitgevaardigde Europese aanhoudingsbevelen altijd worden doorgestuurd naar Interpol;