4. regrette que la Commission n'ait pas, en fixant l'objectif d'intensité énergétique à 1 % par an, fourni d'estimations détaillées et transparentes; ne partage pas le pessimisme de la Commission; réitère, au contraire, qu'à son avis un objectif d'une réduction annuelle de 2
,5 % de l'intensité énergétique finale constitue un objectif raisonnable pour autant que la volonté politique en soit manifestée; demande par conséquent au Conseil européen de combiner économie du savoir et efficacité énergétique en intégrant l'efficacité énergétique dans le processus de Lisbonne, par l'adoption d'un objectif de réduction annuelle de 2,5% de l'inte
...[+++]nsité énergétique finale; 4. betreurt het dat de Commissie geen gedetailleerde en doorzichtige berekening heeft gegeven van haar streven naar verm
indering van de energie-intensiteit met 1 procentpunt per jaar; deelt de pessimistische kijk op de zaken van de Commissie niet en herhaalt zijn vroegere standpunt dat jaarlijkse beperkingen van de eind-energie-intensiteit van 2,5% haalbaar zijn, vooropgesteld dat hiertoe een sterke politieke wil aanwezig is; doet daarom een beroep op de Europese Raad een link te leggen tussen de op kennis gebaseerde economie en energie-efficiëntie door energie-efficiëntie op te nemen in het proces van Lissabon, en wel door vaststellin
...[+++]g van een streefcijfer voor een jaarlijkse verlaging van de eind-energie-intensiteit van 2,5%;