Le 1 juin 1995, le procureur général près la Cour d'appel d'Anvers a transmis au président du Sénat un dossier dans lequel, se référant à l'article 59, dernier alinéa, de la Constitution, il informait celui-ci que des poursuites pénales étaient en cours à charge d'un sénateur élu directement le 21 mai 1995, du chef d'abus de confiance commis dans le cadre de sa fonction d'administrateur de la S.A. Kempense Steenkolenmijnen .
Op 1 juni 1995 heeft de Procureur-generaal bij het Hof van beroep te Antwerpen aan de Voorzitter van de Senaat een dossier toegezonden waarbij hij, met verwijzing naar artikel 59, laatste lid, van de Grondwet berichtte dat er lastens een op 21 mei 1995 rechtstreeks verkozen senator een strafrechtelijke vervolging lopende is wegens misbruik van vertrouwen, gepleegd in het kader van zijn functie van bestuurder van de N.V. Kempense Steenkolenmijnen.