Les parties requérantes dénoncent le fait que lorsque l'étranger fait l'objet d'une mesure d'éloignement ou de refoulement dont l'exécution est imminente, il ne dispose que d'un délai de vingt-quatre heures pour introduire une demande de suspension en extrême urgence, lorsqu'il souhaite voir cette demande traitée avant l'éloignement ou le refoulement.
De verzoekende partijen klagen aan dat, wanneer de vreemdeling het voorwerp is van een verwijderings of een terugdrijvingsmaatregel, waarvan de tenuitvoerlegging imminent is, hij slechts over een termijn van vierentwintig uur beschikt om een vordering tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid in te dienen, wanneer hij die vordering vóór de verwijdering of de terugdrijving wenst behandeld te zien.