En commission de la Chambre, la ministre de l'Egalité des chances a indiqué : « Le présent projet trouve son fondement dans l'article 11bis de la Constitution, qui proclame que le législateur se doit de garantir l'égalité des sexes dans l'exercice des droits et libertés » (Doc. parl., Chambre, 2013-2014, DOC 53-3297/003, p. 3).
In de Kamercommissie heeft de minister van Gelijke Kansen aangegeven : « Dit wetsontwerp vindt zijn constitutionele grondslag in artikel 11bis van de Grondwet. Dat artikel bepaalt uitdrukkelijk dat bij de uitoefening van de rechten en vrijheden, de gendergelijkheid bij wet moet worden gewaarborgd » (Parl. St., Kamer, 2013-2014, DOC 53-3297/003, p. 3).