Vertaling van "16-24-jarigen " (Nederlands → Duits) :

Ook het armoederisico voor jongeren is bijzonder hoog (19% van de categorie 16- tot 24-jarigen leeft in armoede tegen 12% in de categorie 25- tot 64-jarigen).[8]
Jugendliche sind besonders dem Armutsrisiko ausgesetzt (19 % der 16- bis 24-Jährigen, verglichen mit 12 % der 25- bis 64-Jährigen)[8].

- Jongeren lopen een bijzonder groot risico in armoede af te glijden[13]: dat is het geval voor 19 % van de 16-24-jarigen, tegen 12 % van de 25-64-jarigen[14].
- Jugendliche sind besonders dem „Armutsrisiko“ ausgesetzt[13]: dies gilt für 19 % der 16-24-Jährigen, gegenüber 12 % bei denjenigen im Alter von 25 bis 64[14].

In 2002 ging ongeveer 16,5 % van de 18-24-jarigen zonder diploma van school.
2002 haben rund 16,5 % der Jugendlichen im Alter zwischen 18 und 24 Jahren die Schule ohne Abschluss verlassen.

Naar verwachting zal het aantal 15- tot 24-jarigen in de periode 2005-2050 met een kwart afnemen en van 12,6% naar 9,7% dalen, terwijl het aandeel van de 65-plussers van 16,4% tot 29,9% zal stijgen.[5] Het groenboek vestigt de aandacht op de implicaties van deze ontwikkelingen en gaat daarbij in het bijzonder in op jongeren.
Die Anzahl der Jugendlichen zwischen 15 und 24 wird zwischen 2005 und 2050 voraussichtlich um ein Viertel – von 12,6 auf 9,7 % – zurückgehen, während die Altersgruppe 65 + von 16,4 auf 29,9 % anwachsen wird[5].

G. overwegende dat de armoede onder 16- tot 24-jarigen in 2011 in Europa gemiddeld 21,6% bedroeg en dat jongeren vaker een onzekere baan, een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur of een deeltijdse baan hebben en dat zij eveneens vaker het risico lopen werkloos te worden; overwegende dat het aantal onzekere banen de afgelopen jaren sterk is gestegen en dat de werkloosheid in bepaalde landen explosief is toegenomen;
G. in der Erwägung, dass die Armutsquote der 16- bis 24-Jährigen 2011 im europäischen Durchschnitt bei 21,6 % lag und dass bei jungen Leuten die Wahrscheinlichkeit einer prekären Beschäftigung mit befristeten Arbeitsverträgen oder Teilzeitarbeit größer ist und sie einem höheren Arbeitslosigkeitsrisiko ausgesetzt sind; in der Erwägung, dass die Anzahl prekärer Arbeitsverhältnisse in den letzten Jahren erheblich zugenommen hat und dass die Arbeitslosigkeit in einigen Ländern explodiert;

Tendensen: in de EU27 is het aandeel voortijdige schoolverlaters (18- tot 24-jarigen) gedaald van 17,6% in 2000 naar 14,4% in 2009 (vrouwen: 12,5%. mannen: 16,3%).
Trends: In der EU der 27 hat der Anteil der Schulabbrecher (18- bis 24-Jährige) von 17,6 % im Jahr 2000 auf 14,4 % im Jahr 2009 abgenommen (Frauen: 12,5 %, Männer: 16,3 %).

Jongeren en kinderen zijn momenteel de meest actieve internetgebruikers. 73 % van de 16‑ tot 24‑jarigen (meer dan het dubbele van het EU‑gemiddelde, zijnde 35 %) maakt geregeld gebruik van geavanceerde diensten om online inhoud te creëren en uit te wisselen.
Kinder und Jugendliche sind heute die aktivste Nutzergruppe im Internet: 73 % der 16- bis 24-Jährigen benutzen die neuesten Dienste, um Online-Inhalte zu erstellen und mit anderen zu teilen – das ist das Doppelte des EU-Durchschnitts (35 %).

Enkele statistieken: het percentage 15-jarigen dat minstens eenmaal per week rookt is 33% in Oostenrijk, 28% in België (Vlaanderen), 24% in Denemarken, 29% in Engeland, 29,5% in Frankrijk (althans in een aantal onderzochte regio's) 30,5% in Duitsland (althans in een aantal onderzochte regio's), 18,5% in Griekenland, 25% in Ierland, 16,5% in Portugal, en 21% in Zweden ("Health and Health behaviour among young people in Europe", HBSC-enquête 1997-98, WHO Regional Office for Europe).
Einige statistische Angaben: Der Prozentsatz der 15Jährigen, die zumindest jede Woche rauchen, liegt in Österreich bei 33%, in Belgien (Flandern) bei 28%, in Dänemark bei 24%, in England bei 29%, in Frankreich (gilt nur für einige Regionen) bei 29.5%, in Deutschland (gilt nur für einige Regionen) bei 30.5%, in Griechenland bei 18.5%, in Irland bei 25%, in Portugal bei 16.5% und in Schweden bei 21% („Health and Health behaviour among young people in Europe", HBSC-Erhebung 1997-98, WHO Regionalbüro für Europa).