Traduction de «1999 totdat alle navo-leden dit hebben » (Néerlandais → Allemand) :

F. overwegende dat 25 EU-lidstaten (waaronder niet-NAVO-leden) troepen hebben geleverd aan de missie van de door de NAVO geleide Internationale strijdmacht (ISAF) en dat drie lidstaten (Duitsland, Italië en het VK) zijn aangewezen als "landen die een leidende rol spelen" op het vlak van respectievelijk ordehandhaving, recht en drugsbestrijding;
F. in der Erwägung, dass 25 Mitgliedstaaten der EU (einschließlich Mitgliedstaaten, die keine NATO-Mitglieder sind) Truppen zur Unterstützung der Mission der von der NATO geführten Internationalen Sicherheitsbeistandstruppe (ISAF) entsendet haben und drei Mitgliedstaaten (Deutschland, Italien und das Vereinigte Königreich) in den jeweiligen Bereichen Polizeiarbeit, Justiz und Drogenbekämpfung zu Führungsnationen ernannt worden sind;

D. overwegende dat het besluit van de VS om 10 onderscheppingsraketten te stationeren in Polen en radaroperaties in de Tsjechische Republiek uit te voeren, heeft gezorgd voor verdere spanningen in de betrekkingen tussen beide zijden en de dreiging van Rusland om geen verdere uitvoering te geven aan het Verdrag inzake conventionele strijdkrachten in Europa van 1999 totdat alle NAVO-leden dit hebben geratificeerd,
D. in der Erwägung, dass der Beschluss der USA, 10 Abwehrraketen in Polen mit Radarleitstationen in der Tschechischen Republik zu stationieren, zu weiteren Spannungen in den Beziehungen zwischen den beiden Seiten geführt haben, wobei Russland damit droht, den Vertrag über konventionelle Streitkräfte in Europa von 1990 solange auszusetzen, bis alle NATO-Mitglieder den Vertrag ratifiziert haben,

Gelet op Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Usama bin Laden, leden van de organisatie Al-Qa'ida en de Taliban, en andere personen, groepen, ondernemingen en entiteiten die banden met hen hebben, en tot intrekking van de Gemeenschappelijke Standpunten 96/746/GBVB, 1999/727/GBVB, 2001/154/GBVB en 2001/771/GBVB(1),
gestützt auf den Gemeinsamen Standpunkt 2002/402/GASP zu den restriktiven Maßnahmen gegen Osama bin Laden, Mitglieder der Organisation Al-Qaida und die Taliban sowie andere Einzelpersonen, Gruppen, Unternehmen und Organisationen, die mit ihnen in Verbindung stehen, mit dem die Gemeinsamen Standpunkte 96/746/GASP, 1999/727/GASP, 2001/154/GASP und 2001/771/GASP(1) aufgehoben wurden,

K. overwegende dat de NAVO-leden in 2011, in strijd met het internationale recht, wezenlijke steun hebben verleend aan één partij in het Libische conflict, met als redenering dat de no-fly zone en de wapenleveranties aan de (zogenaamde) rebellen in overeenstemming waren met het R2P-concept (responsability to protect);
K. in der Erwägung, dass NATO-Mitglieder im Jahr 2011 eine Bürgerkriegspartei im Libyenkonflikt in beträchtlicher Weise unterstützt haben – was einen Verstoß gegen das Völkerrecht darstellt –, wobei sie sich darauf beriefen, dass die Flugverbotszone und die Waffenlieferungen an die (so genannten) Rebellen im Einklang mit dem Konzept der Schutzverantwortung (Responsibility to Protect – R2P ) stehe;

N. overwegende dat NAVO-leden en -bondgenoten (met name de Verenigde Staten, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten) en ondernemingen, zoals de Canadese onderneming Aeryon Labs Inc., het wapenembargo hebben geschonden dat bij resolutie 1970 van de VN-Veiligheidsraad tegen Libië werd ingesteld als antwoord op het aanhoudende geweld in dat land;
N. in der Erwägung, dass NATO-Mitglieder und Verbündete (und zwar die USA, Frankreich, das Vereinigte Königreich, Katar und die Vereinigten Arabischen Emirate) sowie unter anderem das kanadische Unternehmen Aeryon Labs Inc. gegen das Waffenembargo verstoßen haben, das gegen Libyen gemäß der Resolution 1970 des Sicherheitsrats der Vereinten Nationen als Reaktion auf die anhaltende Gewalt in Libyen verhängt wurde;

De in de leden 1 en 2 bedoelde termijn wordt opgeschort totdat de autoriteiten de gevraagde aanvullende informatie hebben ontvangen.
Die Frist in den Absätzen 1 oder 2 wird ausgesetzt, bis die Behörden die verlangten zusätzlichen Informationen erhalten haben.

2. herinnert eraan dat het aantal parlementsleden op 1 mei 2004 zal stijgen van 626 tot 788, maar vervolgens in de nieuwe legislatuur zal vastliggen op 732; wijst erop dat de uitbreiding enerzijds en het effect van de Europese verkiezingen anderzijds een aanzienlijke impact kunnen hebben op hoofdstuk 1 0 (Leden van de instelling); herinnert eraan dat er na de verkiezingen van 1999 56% nieuwe leden waren en dat het aantal leden uit de huidige lidstaten als gevolg van het Verdrag van Nice zal dalen van 626 tot 570; heeft besloten op basis van de ramingen van zijn Bureau kredieten op te nemen voor uitgaven die rechtstreeks op de leden betrekking hebben;
2. erinnert daran, dass sich die Anzahl der Mitglieder des Parlaments am 1. Mai 2004 von 626 auf 788 erhöhen wird, jedoch dann in der neuen Wahlperiode auf 732 festgesetzt wird; stellt fest, dass die Erweiterung einerseits und die Auswirkungen der Europawahlen andererseits erhebliche Auswirkungen auf Kapitel 10 ("Mitglieder des Organs") haben können; verweist darauf, dass nach den Wahlen von 1999 56% der Mitglieder neue Abgeordneten waren und stellt ferner fest, dass die Anzahl der Mitglieder aus den bisherigen Mitgliedstaaten als Ergebnis des Vertrages von Nizza von 626 auf 570 zurückgehen wird; hat beschlossen, auf der Grundlage der Voranschläge des Präsidiums Mittel für direkt mit den Mitgliedern verbundene Ausgaben einzusetzen;

In geval van toepassing van artikel 66 of artikel 71 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 blijft artikel 20, leden 2 tot en met 5, van Verordening (EG) nr. 2316/1999 van toepassing totdat de verbintenissen van de landbouwers aflopen.
Im Fall der Anwendung von Artikel 66 oder Artikel 71 der Verordnung (EG) Nr. 1782/2003, gilt Artikel 20 Absätze 2 bis 5 der Verordnung (EG) Nr. 2316/1999 bis zum Ablauf der Verpflichtungen der Erzeuger.

3. De in de leden 1 en 2 bedoelde verplichtingen voor landbouwers gelden evenwel niet in het geval dat landbouwers blijvend grasland hebben aangelegd in het kader van programma’s op grond van Verordening (EEG) nr. 2078/92 van de Raad van 30 juni 1992 betreffende landbouwproductiemethoden die verenigbaar zijn met de eisen inzake milieubescherming, en betreffende natuurbeheer , Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen of Verordening (EG) nr. 1017/94 van de Raad van 26 april 1994 betreffende de omschakeling van akkerbouwareaal op de extensieve veehouderij in Portugal
3. Die Verpflichtung der Betriebsinhaber nach Absätzen 1 und 2 findet jedoch keine Anwendung, wenn die Betriebsinhaber Dauergrünland im Rahmen von Programmen nach den Verordnungen (EWG) Nr. 2078/92 des Rates vom 30. Juni 1992 für umweltgerechte und den natürlichen Lebensraum schützende landwirtschaftliche Produktionsverfahren , (EG) Nr. 1257/1999 des Rates vom 17. Mai 1999 über die Förderung der Entwicklung des ländlichen Raums durch den Europäischen Ausrichtungs- und Garantiefonds für die Landwirtschaft (EAGFL) und zur Änderung bzw. Aufhebung bestimmter Verordnungen und der Verordnung (EG) Nr. 1017/94 des Rates vom 26. April 1994 über die Umwidmung ackerbaulich genutzter Flächen zugunsten der extensiven Tierhaltung in Portugal angelegt haben.

a) de beheersautoriteit en de bemiddelende instanties hebben voldaan aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 1260/1999, met name aan die van artikel 38, lid 1, onder c) en e), en artikel 32, leden 3 en 4, van die verordening, en hebben de voorwaarden van de beschikking van de Commissie ingevolge artikel 28 van die verordening nageleefd, en
a) die Verwaltungsbehörde und die zwischengeschalteten Stellen haben die Voraussetzungen der Verordnung (EG) Nr. 1260/1999, insbesondere Artikel 38 Absatz 1 Buchstaben c) und e) und Artikel 32 Absätze 3 und 4 erfuellt und die Bedingungen der von der Kommission gemäß Artikel 28 erlassenen Entscheidung eingehalten, und